ü Het accent van de opleiding ligt op de praktijk.
ü Kennis van de organisatie: inhoud van brandbeveiligings-concepten, de Arbo-dienst en arbeidsinspectie, plaats van de ploegleider, de BHV-specialisaties in de werkomgeving.
ü Een doorlopende toetsing van de in het werk aanwezige risico's, overleg met BHV’ers, schriftelijke rapportage aan het Hoofd BHV.
ü Aanwezigheidsregistratie.
ü Soorten middelen, controle op aanwezigheid en kwaliteit, testen van - en oefenen met de aanwezige middelen.
ü Communicatieregels en technieken, veilig en doeltreffend optreden, commentaar en evaluatie.
ü Voorbereiding op incidenten: ontruimingsplan en vluchtroutes, ontruimingssignaal- en middelen, organisatie van een oefening.
Inzetten bij incidenten: verkenning, de inzet en de (beslissing tot) ontruiming.
Schriftelijk deel bestaande uit meerkeuze vragen.
Projectopdracht bestaande uit een huiswerkopdracht en een praktijkinzet.
Het schriftelijk deel en de projectopdracht moeten afzonderlijk voldoende zijn.
Het diploma Ploegleider heeft een geldigheidsduur van één jaar.
Om het diploma geldig te houden is de mogelijkheid om jaarlijks
deel te nemen aan een herhalingsdag.
Deze dag bestaat voor het grootste deel uit praktijkoefeningen, afgewisseld met actuele informatie over de bedrijfshulpverlening.